10 Januari 2015 Solignac. Ongeveer 25 km

Schoenen laten na

Solignac, abdij op de top

Pelgrimshotel naast abdij verlaten en in verval

Asiel gevonden bij Yves en Patricia Faurel in Solignac 87 Asiel gevonden bij Yves en Patricia Faurel in Solignac 87


Driekoningenviering van de buurtvereniging. Patricia in het witte jasje, brengt verslag uit over kas.

Zaterdag.
De hele dag motregen. Continu bergop en -af over een gelukkig vrij duidelijke route. Ik heb niet meer de uitgezette en min of meer bewegwijzerde voie de Vezelay, ofwel de route naar Santiago gevolgd. Ik had geen zin in geploeter door natte boswegen, waar de route soms niet te vinden is. Vooral omdat ik die route loop in tegengestelde richting en daardoor soms de markering op de achterkant van een boom of paal mis. Constant lekker rustige binnenwegen, praktisch zonder verkeer. Geen haast, want vandaag is mijn bedje gespreid in de abdij van Solignac. Onderweg stopte een auto met daarin een bevallige dame. Waar de reis dan wel heen ging. Ik even de dieren vastgebonden, want voor zoveel aandacht wilde ik handen vrij hebben. Nathalie vertelde paardentandarts te zijn en ze wilde me helpen onderdak te vinden voor de komende dagen. Nou, wat een aanbod van een wildvreemde. Of was het liefde op het eerste gezicht? Je m’enfou ( zal me worst wezen) als ik maar onderdak krijg. Vanavond moest ik Nathalie maar bellen. Ik heb een nichtje Nathalie. Nathalies zijn goede mensen!
Ook een conversatie met een oudere boer met kruiwagen, die ik o,o verstond. Ik zei maar oui, oui en we lachten samen om n’importe quoi. Ik deed me te goed aan al het fruit enz. dat ik gekregen had van Gonnie en Niek eergisteren. Ook werd ik nog gebeld door een logeeradres van afgelopen maandag, of ik geslaagd was met de hoefsmid en met onderdak vinden. Wat een aardige mensen toch allemaal. Dat doet goed.
Mooi op tijd, om een uur of 4, arriveerden we rustig in het mooie dorp Solignac. Ik regelrecht op die abdij af: veel kapotte ramen vielen me al direct op. Een shebbetige (krakkemikkige in dit geval) houten poort, afgesloten met een ketting. Leuke ontvangst. Echt iets voor mijn vriendje Kees, die op de filmacademie zit en die houdt van griezelfilms. Als ik mag slapen neem ik het griezelen op de koop toe. Waar is hier de ingang, vroeg ik aan een niet al te snugger uitziende passant. Na lang denken zei dat hij het niet wist, maar dat er zowiezo niemand in de abdij was, al jaren niet. Kan niet, zei ik, want ik heb afgesproken. De papieren uit een van de rugzakken gehaald, weer de abdij waar ik voor stond, gebeld, hopeloos krakende verbinding. Begint het gezeik nu weer? Van mijn medepelgrim van afgelopen nacht had ik geleerd, dat je gewoon een bar moet ingaan en hulp vragen. Dus ik de eerste de beste bar in. Ik aan de crowd daar uitgelegd, dat ik een pelgrim was en verwacht werd in de abdij. Of ik mocht bellen via hun telefoon, want de mijne had weer eens geen verbinding. Dat was goed. Ja, zei de telefoniste van de abdij, uw bedje is gespreid. Kom maar. Langzaam begon het te dagen in het oosten. Er bleek ook een abdij Solignac bij Bordeaux, misschien wel 100 km. van hier. De pech kon ook niet uitblijven. De hele dag was voorspoedig gelopen, en dat schijnt niet te mogen. Die rot engelbewaarder van me zoekt gewoon naar werk. Misschien moet die maar oprotten. Ik vroeg de aanwezigen in de bar om hulp. En wat nu dan? Het pelgrimshotel, zie foto, was verlaten en dreigde te verkrotten. Naar le presbitérien, de pastoor, want die huisvestte ook soms pelgrims: niet thuis. Hem gebeld, antwoordapparaat ingesproken. Zegt een oude man aan de tapkast: ik weet iemand die een wei heeft voor je paard en een wigwam in zijn wei, waarin weleens pelgrims sliepen. Kom maar mee. Ja, beter een ijskoude wigwam in een natte wei, dan slapen als een clochard in een portiek. De oude man bracht me naar Yves en Patricia Faurel, twee middenvijftigers. Die boden me aan om met hun mee te eten. Leon werd in hun wigwamwei gezet en Tosca in de garage op een deken. Ga dadelijk mee naar hun buurtfeest, nodigden ze me uit. Als je wilt kun je alvast douchen. We vieren dalijk met de buurtvereniging Driekoningen, ook al ter ere van nieuwjaar. Zo gezegd zo gedaan. Daar natuurlijk koek, sect etc. Er waren maar een paar kinderen. Toevallig dat geen van de volwassenen, maar juist 2 van de kinderen de boon aantroffen in de koek en dus koning werden.

http://www.ponyanddogtrip.com/wp-content/uploads/2015/01/image65-300×225.jpg

Mijn gastheer en -vrouw praatten over hun paard, over hun lange wandelingen enz. Tegen de tijd dat de presbyterien belde, hadden we al besloten dat ik bij Yves en Patricia zou blijven, in een groot 2-persoonsbed (voor mij alleen!). Ik denk dat ik dat engeltje op mijn schouder toch maar bewaar. Morgen moet je minstens 35 km, als het geen 40 is , waarschuwde mijn gastheer mij. Ik fiets een stuk met je mee om je de weg te wijzen. Overdonderd door zoveel hartelijkheid en gastvrijheid zag ik nog kans gauw om een fles wijn voor hun te kopen. Op tijd onder de wol.

Reacties

  1. Zie je wel Harrie ,hulp komt uit alle hoeken daar mag je wel dankbaar voor zijn ,of komt het zo als je zelf al schreef van je Engeltje op je schouder ? De foto’s waren mooi .
    Hou je taai de gr Harrie ,Marlies.

  2. Harrie Huijben zegt:

    Ik word hier vanzelf steeds taaier.”Ouwe leim”! Gr

Geef uw mening

*