Dinsdag 9 juni 2015 Grong 26 km
Maar terug naar het begin. Om 8 uur loop ik het hoofdgebouw van de Camping Vegset binnen, om daar de verzamelde pers van Snåsa (2200 inwoners) te woord te staan. En, inderdaad, kort daarna komt een man met chique camera binnen. Dat moet hem zijn. Indachtig mijn ervaring met de koster, een paar weken geleden, die mijn uitgestoken hand niet aannam, vroeg ik, of het in Noorwegen ongebruikelijk is om de hand te schudden. Neen, niet ongebruikelijk (dubbele ontkenning, verwarrend), dus wèl gebruikelijk om wèl een hand te geven. O.k., dat doe ik dan dus. Zijn Noorse naam kan ik niet onthouden. Hij was van een Snåsa internetkrant, het Snåsanytt.no. Mijn verhaal gedaan, foto’s gemaakt. De gastvrouw had wafels met crème en jam en koffie gratis laten aanrukken en gaf mij later het restant nog mee, ingepakt in plastic. Het eten gisteren, twee hamburgers, liet ze me niet afrekenen. Wat een goede fee. Na afloop van de audiëntie pakte ik de rugzak op, ging naar buiten en liep daar pardoes in de armen van een volgende reporter, dit maal van de reguliere, papieren Nåsakrant. Dus weer naar binnen, opnieuw het verhaal verteld, met wat andere details dit keer, om het ook voor de gastvrouw en -heer een beetje interessant te houden. Weer foto’s, met hond en rugzak, binnen, buiten in de regen, onder de Noorse vlag, van mijn versleten schoenen enz.
Na afloop zeg ik de beheerders, dat ik eigenlijk van hun een hoop wil horen i.p.v. zelf steeds aan het woord te zijn. Waarom zie ik geen boten op de meren? Vanwege de kou. Wonen hier Samen? Ja, zegt hij, mijn twee dochters zijn (helemaal of half?) Samen. De beheerder was getrouwd geweest met een Samense. Ik vond al opvallend, dat de dochters donker haar en bruine ogen hadden en de beheerders niet. Wonen hier nog Samen? Ja, zegt de baas. Nog een stuk of tien gezinnen. Ik vraag of ze kunnen leven van hun rendieren. Hij antwoordt: als je een Saam vraagt hoeveel rendieren hij heeft, krijg je altijd te horen: genoeg! Wil je erheen?, vraagt hij. Ik zou wel willen, maar ik moet door, naar de Noordkaap. Anders kom ik er nooit. Jammer, maar ja, men moet prioriteiten stellen. Leuke mensen, die twee eigenaren van Vegset Camping bij Snåsa. Hier moet ik eens terug komen. Prachtig aan het meer. Hij laat een foto zien van zijn zoontje met een vis (zalm?) van 5 kg. Om op te eten, voegt hij er aan toe. Om 10.15 eindelijk ben ik op weg, op de snelweg dus. Dit moet ik een weekje of zo volhouden en dan krijg ik de afslag naar Hemavan-Tarnaby in Zweden en dat is een secundaire weg.
Wat is er van deze ochtend te melden? Ik zie een bonte specht. Dus die zitten hier ook. Tosca vind een bos haar, die veel lijkt op dassenhaar. Ik schrijf die toe aan een overreden veelvraat. Ik zie een overreden koolmees. Niet zo bijzonder, maar gisteren schreef ik dat ik hier geen mezen zag. Misschien was het gewoon langs de weg gelegd, als curiositeit, net zoals die kapotte Poolse wolf, afgelopen jaar ergens in de berm in Noord-Nederland. Een eland steekt de weg over. Vóór ik een vertrouwensband met het dier kon opbouwen, had ook Tosca hem/ haar in het vizier gekregen en was bijna niet meer te houden. Terwijl ik met een hand mijn wildebeest in bedwang probeerde te houden, grabbelde ik met de andere hand mijn camera tussen de cape en andere kleren uit mijn jaszak. De eland duikt vlak voor een op mij afkomende vrachtwagen het groen in. Te laat. Foto mislukt, maar ik publiceer hem toch maar.
Zo gaat het gestaag verder, over de gelukkig niet zo heel drukke weg, langs wilde stromen en eindeloze bossen. Ik maak een paar foto’s van stukken open bos, die hier steeds meer voor lijken te komen en waarvan ik me voorstel, dat het zo in Lapland moet zijn: spaarzame begroeiïng en moeras en koeltjes. De meteo geeft voor vandaag en de rest van de week 9 gr. als maximum aan. Vorig jaar om deze tijd 30 gr., zei de campingbaas vanmorgen. Dat zeggen ze allemaal, maar ik denk dan: het zijn allemaal vissers hier! Een mooi ding in ons land, zei een Noor trots, is dat bij ons het gras groen is in het najaar. In Zuid-Europa is het dan grijs, opgedroogd, woestijn. Dat klopt, denk ik op mijn beurt, maar in het zuiden is het gras in maart groen en dan is het hier in Noorwegen nog een sneeuwwoestijn. Het is maar waar je van houdt.
En dan kom ik ruim op tijd aan in Grong. Een nieuw probleem doet zich voor. De komende 100 km. zijn er een paar campings, maar met onmogelijke tussenafstanden. Eén over 14 km. Dat is te kort bij. Daarna één 33 km. verder en dan weer een 15 km dáárna. En dan weer eens 30 km. verder. 14 Km. is te kort, maar 14+i33 vind ik weer erg ver, vooral als ik daarna weer meer dan 30 km. moet gaan. Als ik korte afstanden loop, schiet het niet op. Ik kan morgen advies vragen bij de turist informasjon, maar die is pas open om 9 uur en dan haal ik de 47 km. niet meer. De weermakers werken ook tegen: hele verdere week regen. Nu zou ik de eerste 14 km. een bus kunnen nemen. Echter, edoch, de bus vertrekt even na 06. uur en geen honden toegestaan. Bovendien dit is tegen het principe. En wild kamperen met een natte hond, in de regen, bij deze temperatuur, in een éénpersoonstentje vind ik geen optie. Misschien toch maar gewoon een rustdag van 14 km. morgen.
Ik check in bij mijn vandrerhjem. De dame zingt daar even ” I’m singing in the rain…, ik zing met haar mee en nu blijft dus die melodie steeds in mijn hoofd hangen. Ze vertelt over twee pubers die het oorlogsgeweld in Eritrea hebben weten te ontvluchten en die door haar worden begeleid.
In het vandrerhjem tref ik een paar mannen in de keuken. En zijn jullie trekkertjes?, had ik bijna gevraagd, maar ik bedoelde Noren? Nee, Zweden. En wat doen jullie hier? Vissen! Als ze me missen, dan ben ik vissen! We zagen je lopen met je hond op de autoweg. Wat verteld over vliegvissen en zo, fotootje en eten zoeken. De Spar was nog open voor Tosca’s Frolic en daarnaast een typisch Noors restaurant: pizzeria dus! Ik nam een extra grote, voor twee personen en dacht nog eens na over de route. Vanavond op mijn kamer reken ik nog eens of ik tijd genoeg heb voor een korte route morgen en dan beslis ik. On verra. Was dit nu een goede dag? Het begin was leuk, met die interviews, de route mooi met de eland en de wilde natuur, het weer en de weg slecht, maar ik zit weer warm en droog in mijn voorgenomen doel, dus alles bij elkaar O.K.
Het is nu 20 u. Dalijk douchen en wat Ipadden. Ik kan ook voor het kastje gaan liggen, kijken naar music clips, voetbal of het aleeuwig duffe nieuws. Ik heb niet de indruk dat ik ook maar ìets mis van het nieuws. Of en hoeveel gesneuvelden in Syrië of Afrika zijn geteld, hoeveel bootvluchtelingen weer zijn verdronken en waar in Nl. een geslaagd bloemencorso plaatsvond. Straks Tour de France, Wimbledon. Geef ze brood en spelen, zeiden de Romeinen al. Ik heb voorlopig genoeg aan het brood.
De reis krijgt nu wel een andere sfeer als ik dat zo lees Harrie! In Frankrijk waren de dorpjes en bewoners dicht op elkaar, maar hier in Noorwegen en Zweden, wordt het dus steeds stiller. Het lijkt me wel spannend worden hoor! Minder dorpjes, minder slaapplekken. Ik weet hoe mooi het daar is maar ook hoe stil. Hopelijk blijft het voorspoedig gaan, maar zie je er niet tegenop? Veel succes in ieder geval.
groet, Jet
Hoi Jet, Nee, ik zie er niet tegen op om steeds weer overnachting te moeten zoemken, al is het wel een dagelijks probleem, dat veel tijd kost. Maar ik ben al sinds oct. daarin geslaagd en in het uiterste geval kan ik de tent opzetten (in het moeras!). Noorwegen is prachtig, al zou het zonder die eeuwige nattigheid nog mooier zijn. Groeten, H
Hallo Harrie,daar ben je dan weer ik had je al gemist en een klein beetje zorgen gemaakt ,want het is tenslotte toch een land van uitgestrektheid ,je heb het er weer goed van af gebracht een echt globetrotter .
Weer een mooie ,en boeiend verslag met inderdaad ups,en ….. maar toch weer het engeltje op je schouder .
Hou je taai en tot morgen gr Harrie,Marlies.