Gisteravond was voor ons een diner klaargezet in de chambres d’hotes. Met behulp van de magnetron warmden we dat op. Echter, zoals bekend, is elke magnetron anders. Bovendien hoe lang en met welk whattage moet de voor ons klaargemaakte dis hier worden opgewarmd? Met of zonder plastic er over? Het eten werd wel warm, maar de magnetron was na afloop van binnen totaal geplamuurd. Daar zijn dan weer schuursponsjes goed voor. Wijn was ook voor ons klaargezet en zo werd het toch weer aangenaam. Tosca lag naast ons te slapen en aan haar stuiptrekkingen te zien heeft ze weer de nodige reeën besprongen. Leon hield het gazon van het gemeentehuis kaal. Daar was ik blij om, want in die gazons staat soms nog voedzaam, groen gras, terwijl dat in de wegbermen steeds zeldzamer wordt.
De épicerie (kruidenier) die dicht zou zijn, was open. Inkopen gedaan voor vanavond, want daar, in het dorp van vanavond, zou niets zijn.
We kwamen s’ middags al om 2 u aan. We zochten naar het grijze hek met daarachter de binnenplaats met bloempot en sleutel. Ken je de mop van het grijze poortje? Het is groen geverfd! Wat flauw, maar in dit geval wel waar. De cour waar wij de bloempot moesten zoeken achterin, vonden wij geen echte cour en een bloempot was er niet, dus ook geen sleutel. Misschien was hier sprake van een spraakverwarring. Misschien ging het om een pot met een fleurig hart (coeur) of om een bloem van een pot, of om een pot haar bloem. Hoe was de routebeschrijving aan de telefoon bedoeld? We wisten niet. Ze zou pas thuis komen om 19 uur om ons te verzorgen! En voor Leon was er alleen grint.
Maar de deus machina was plotseling daar, net als in een film: de mooie kleuterleidster in het gebouw naast onze gite, Pélerine, zag mij waarschijnlijk voor Jos aan en was dan ook begrijpelijkerwijs diep onder de indruk. Wij ons probleem aan haar voorgelegd, waarop zij rammelde met haar sleutelbos en voor ons de gîte openmaakte. Ik woon hiernaast en ik, vertelde ze, heb ook 2 paarden. Wij dachten één echt en de ander zeker haar man. Jullie pony kan bij mij vannacht. Bedoelde ze nu Jos, mij, als houten pony, of Leon? Begrijpt men wel hoe moeilijk de communicatie is in een vreemde taal? In ieder geval namen we het voorstel aan. Kon nooit verkeerd zijn. Om duidelijkheid te krijgen, vroeg ik of er ook hooi was. Dat zou er zijn, maar dan weet je nog niet wat ze bedoelt. Om 3 u ben ik klaar met werken en kom ik bij jullie. Jos, zullen we dan nú douchen of vanavond of morgen, of 2 keer? In ieder geval “tout nu”.
Jos kon de spanning niet meer aan en loopt naar de gesloten épicerie, terwijl ik op de wacht wordt gezet tot de kleuterschool is afgelopen. De épicerie is altijd dicht om deze tijd, maar toevallig nu juist niet. Des te beter.
Dat die kleuterjuf nu maar snel komt, want ik wil haar vragen of we hier niet morgenvroeg een marechal ferrant ( hoefsmid) kunnen krijgen en dan moet je niet wachten tot t laatste moment. Ik ga het haar nu vragen bij de kleuters. Ik vraag aan de kleuterleidster: mag ik je naam, dan zeg ik de hoefsmid dat ik zijn/haar ( bij hoefsmid denk je meestal aan hij) tel.nr. heb van die gentille Alexandra. Ja, zeg dat maar, zegt Alexandra. De hoefsmid is mijn schoonvader. Ah, dat biedt misschien perspectief. In dat geval heb ik weer “zwijn” (geluk). Telefoon heeft weer eens geen netwerk. Heel krakerig bereik, 100 m. van de gîte af !
Hoefsmid antwoordapparaat. Straks opnieuw proberen. Ik terug n Alexandra. Ze lijkt wel mijn steun in bange dagen. Alexandra heeft wel al toegezegd dat Leon bij haar paarden kan blijven. Ik zou niet verbaasd zijn, zeg ik tegen Jos, als we daar dalijk ook nog mogen eten. Heb jij je al gedoucht?
Terwijl ik wat infrastruktureer, leest hij een boek. Qua senioriteit blijk ik me te hebben vergist. Hij is de oudste van ons twee. En nu merk ik dat ook. Hij toont niet helemaal het respect voor een oudere, zoals je zou verwachten en achteraf dus terecht. Hij is best wijs voor zijn leeftijd, goed wijs zelfs en hij eet net iets minder dan de jonge hond Harrie. Zo leren wij elkaar kennen. Leon mag in de wei van Alexandra, krijgt hooi en een afdak, we eten niet bij Alexandra. Verder niets spannends te melden, behalve dat de hoefsmid niet kan komen morgen, Tosca niet binnen mag, maar als niemand het ziet toch binnen mag. Maar dan moet ze buiten worden gezet vóór de poetsvrouw komt, morgen om 8 en de deur moet dan wagenwijd worden opengezet voor de reuk. Ik zal morgen de poetsvrouw zeggen, dat ze mij ruikt en dat de hond ruikt naar mij. Bovendien, de woonruimte stonk niet naar hond, maar naar de wc’s.
Nou ja, een klein glimlachje kon er bij de beheerster wel vanaf.
Jos en ik verorberden onze pan pasta met sardines en kaas en tomatenpuree in een lege zaal. Zie foto. Alexandra niet meer gezien. Ondergoed en onszelf gewassen. Einde verhaal.
🙂 leuk en koddig verslag ,met af en toe een beetje puzzelen wie wie was ,of is maar dat houd de brein ,of wat dan ook goed actief .
Het is wel te hopen voor Leo dat er wel een smid aan te pas gaat komen .
Hebben jullie nog geen sneeuw ,als wij hier de satelliet bekijken dan is er toch wat gevallen ,nou hopelijk voor morgen toch weer een zonnetje toegewenst en hou jullie taai ,en netjes blijven .:)