Dinsdag 3 febr. 2015 Etourvy. 18,5 km

image

Onderkomen in kasteelachtig gebouw. Eten in cave, er tegenover

Onderkomen in kasteelachtig gebouw. Eten in cave, er tegenover

Ratten- of marterhol onder kerkdeur, incl.. veertjes. Waarschijnlijk beschermd

Ratten- of marterhol onder kerkdeur, incl.. veertjes. Waarrschijnlijk beschermd

Mooie zijdeur kerk met rattenhol er onder

Mooie zijdeur kerk met rattenhol er onder

Afgelopen nacht deelden we de chambres d’hotes met 6 Fransen, die voor hun werk een week hier verbleven. Mooi ding, die chambres d’hotes dus, met grote gewelvenkelders, waarin keuken, eetruimte etc.
De zon hebben we vandaag niet gezien, hoewel, Jos wel even, een kwartiertje, zegt hij. Lekker gelopen, Tosca hele dag los. Ze vond o.a. een “herten”gewei van een ree en een of ander kadaver, waardoor ze een uur in de wind stinkt. Volgens Jos oudewijvenstront. Ik bewonder hem, hoe hij dat toch weet. Onderweg weer hetzelfde liedje: geen café. Frankrijk is Frankrijk niet meer. Dan maar op een stoepje schaften, buiten in de kou. Maar voor je het weet ben je een ijspegel i.p.v. een bikkel. Nu zitten we in onze avondbestemming als twee oude besjes naast een kleine radiator, die een grote ruimte moet verwarmen. Doet me denken aan Haike “Battice” zaliger, een Mechelder ongehuwd dorpsfiguur. Hij liep vaak met een stok op zijn schouder, met daaraan een grote “plak” (doek) voor de “waar” (boodschappen). Hij kwam eens langs ons terrasje v d Roode Leeuw in Wittem. Een mooi, maar nog jong meisje kwam langs, dat de blikken ving van menig gezetene op het terras. Haike maande de terrasgasten: wie te vroeg naar de bloesem wil, gaat naar de knoppen. Ik moet daaraan denken, omdat hij in de winter, in zijn éénkamerwoning, ook altijd bij de kachel zat. Tot dusverre Haike-zaliger, al is daar nog veel meer over te melden.
Na een voorspoedige wandeling, waarbij wij slechts één keer omliepen (gelukkig niet van begin tot eind) kwamen we Étourvy binnen. Iets stormde op ons af. We zijn gewend dat dat honden zijn, edoch, de dame vroeg met een onmiskenbaar Nederlands accent : sprechen Sie Deutsch,
Hollands, Francais? We konden bij haar blijven, stelde ze voor. Jos dacht, dat ze ons waarschijnlijk al van verre had zien aankomen en nu hoopte haar slag te kunnen slaan. Als echte manager wist hij zaken van emoties te scheiden en liep langzaam door. Ik, gevormd door mijn iets meer filantropisch beroep, vond dat ik haar enige aandacht moest geven. Dank u mevrouw, maar we hebben al iets besproken. Als toetje bood ze aan, dat als er iets mis zou gaan, we altijd een beroep konden doen op haar. Dan maar hard proberen om niets mis te laten gaan, dachten wij. Maar aardig aangeboden was het wel.
We kwamen aan in een chique, groot, oud pand. Het zou gemeentehuis kunnen zijn. De enige deur die open was gingen we binnen, vonden een ijskoude slaapkamer en installeerden ons daar. In een rommelhok stond nog een electrisch kacheltje. Dat naar onze kamer gesleept en terwijl we begonnen te infrastruktureren werd er op de deur geklopt, hard geklopt, “binnen”, zacht geklopt. En daar was ze: de vrouw van de burgervader. Jullie zitten in het verkeerde gebouw. Ik heb elders alles verwarmd voor jullie, maar blijf nu maar zitten waar je zit. En daar zitten we nu dus, bij het radiatortje. Iets te zoeken voor vrijdagavond. Als reaktie op onze cris de coeur heeft ons crisiscentrum “Lil” wat gevonden voor vrijdagavond. Oh Schreck, lass nach. Wat een geluk, zo’n femme fatale. Ik ben toch in de juiste familie getrouwd. Lil is de zus van een van mijn favoriete schoonzussen.
Tosca duw ik in de gracht rondom het gebouw, om haar enigszins schoon te spoelen. Het wordt donker. Zouden we de douche een keertje overslaan? Wij topatleten zweten niet meer van zo’n habbekrats. Over zweten gesproken. Ik vertelde een vriend over mijn nieuwe vriendin: een blondje. Zegt die vriend: Zweedse zeker? Ik bekende: ja, een beetje, onder de oksels.
Maar wij niet dus. Veel te koud in die doucheruimte en heb je ook nog kans, dat die burgemeestersvrouw weer op de deur staat te kloppen. Niet voor mij. Ik ben gelukkig getrouwd, denk ik. Bovendien, dat opgedroogde zweet valt er vanzelf af.
Wel grappig: op de slaapkamer hangt een briefje: formalement interdit om met de bedden te slepen. Dat was nu juist wat wij de rest v d middag wilden gaan doen. Je mag ook niks. Wat nu dan? Maar vroeg de puus in.
Morgen weer een korte route, maar morgenavond, daar is helemaal niks, dus ook geen wifi, niks te eten. Ergo morgenavond geen verslag. Het kan ook niet elke dag kermis zijn.

Reacties

  1. Daar heb je gelijk in ,niet iedere dag kan het kermis zijn ,maar missen zal ik het even goed .
    En de mopjes zal ik ook missen ,leuk die van de Zweedse kon ik nog niet zo zie je maar weer .
    En je bent echt op bezinnings toch zo te lezen ,komt alles weer boven ,al is het maar bij wijzen van spreken jullie dorps ….figuur .
    Nou voor morgen wens ik jullie heel veel zonneschijn ,hou jullie taai de gr Harrie,Marlies.

  2. Stoer hoor, opa! Hoop dat jullie er warmpjes bij zitten.
    dikke knuf van Jayden, Kalou & Solenne

  3. Paul Heijnen zegt:

    Hoi Harrie en Jos,
    Mooie verhalen Harrie,goed op dreef nu,met humor de hindernissen oplossen. Dat gaat je toch beter af dan wanneer je (te lang?) alleen bent!,,
    Met z’n tweeen is dezelfde hindernis een uitdaging, maar alleen een irritant obstakel,dat bij teveel achterelkaar de gedachte doet opkomen”waar doe ik dit toch voor?”
    Conclusie? Alleen is leuk,maar niet te lang,je hebt je mede mensen nodig!!
    …en dat is prima….geniet ervan!
    Groetjes uit enters Vols, Paul en Anne

  4. Paul Heijnen zegt:

    Groetjes uit winters Vols.. Paul

  5. Roger Ruijters zegt:

    Beste Jos en Harrie,

    Hartelijke groeten van Meander collega’s Philly, Sandra, Chantal en Roger. We zien uit naar het live verslag van dit bijzondere avontuur komende maandag. Nog enkele gezellige dagen samen toegewenst.

Geef uw mening

*